Met de voorbeelden van deze wetenschappen wordt duidelijk dat elk deel van de honderden wetenschappen op een breed vlak, elk met een eigen spiegel, verrekijker en leerrijke visie boodschap geven van de Schepper in Zijn Verhevenheid en Zijn mooi namen. En het leert ons Zijn perfecties en eigenschappen.
Ik zei toen tegen die studenten: "Het is dus vanwege de bovengenoemde, stralende tekenen, die elk een bewijs van Zijn eenheid zijn, dat de Qur'an, waarvan de verkondiging een wonder is, ons vele malen met verzen als
telkens weer voorstelt aan de Schepper." De studenten accepteerden het volledig en bevestigden het met de woorden: "Eindeloze dank aan onze Heer. We hebben een belangrijke les genoten die volledig met de werkelijkheid overeenstemt. Moge Allah tevreden zijn met jou!" Ik zei hierna:
"De mens is een levende machine die door duizenden smart verdrietig wordt en door duizenden soorten plezier geluk vindt. Hij is een machteloos schepsel dat met talloze materiele en geestelijke vijanden wordt geconfronteerd. Hij heeft een eindeloze armoede, talloze uiterlijke en innerlijke behoeften en wordt voortdurend geslagen door de scheiding van zijn dierbaren en het ten einde lopen van zijn plezier. Door geloof en Godsdienstoefeningen wordt er een band gelegd met de Sultan in Zijn verhevenheid, waardoor de mens een steun vindt tegen al zijn vijanden, een hulp vindt voor al zijn behoeften en zich kan prijzen met de eer en rang van zijn Heer, Die iedereen geschapen heeft. Wanneer de mens nu door geloof in een Almachtige en Barmhartige Sultan een band met Hem aangaat en met Godsdienstoefening zich in Zijn dienst stelt en zo de verkondiging van de dood dat hij zal worden geëxecuteerd, voor zichzelf verandert in een ontslag van zijn diensten (om naar het geluk te reizen), dan kun je wel begrijpen hoe blij en dankbaar hij is en hoe dankbaar hij zijn Heer lofprijst."
Zoals ik het tegen die studenten had gezegd, zeg ik het nog eens tegen de veroordeelde gevangenen: "Degene die Hem kent en Hem gehoorzaamt, ook al bevindt hij zich in een kerker, dan nog is hij gelukkig. Degene die Hem vergeet, ook al bevindt hij zich in een paleis, dan nog is het voor hem een kerker en is hij ongelukkig." Zelfs toen een gelukkige onderdrukte werd opgehangen, zei hij tegen de ongelukkige tirannen: "Ik word niet vermoord. Ik ga mijn ontslag halen om naar het geluk te reizen, maar omdat ik zie dat jullie met de eeuwige verdoemenis veroordeeld zullen worden, zal ik zo mijn vergelding krijgen.", waarna hij "La ilaha illallah", zei en in vrede zijn ziel terug gaf aan zijn Schepper.
(Het eerste deel van een belangrijk aanhangsel van het tiende woord.)