Kleine Woorden | Kleine Woorden | 4
(1-50)

Er waren eens twee personen die voor een dergelijke reis de  woestijn  introkken.  Eén  van  hen  was  bescheiden,  de andere  was  hoogmoedig.  De  bescheiden  persoon  ging  op

weg  in  naam  van  een  leider.  De  hoogmoedige  persoon deed dit niet. De bescheiden persoon reisde overal heen in vrede.  Wanneer  hij  een  rover  tegenkwam  noemde  hij  de

naam  van  de  stamhoofd  in  wiens  naam  hij  reisde  waarop de  rover  zich  uit  de  voeten  maakte  en  hem  met  rust  liet. Door  het  noemen  van  die  naam  kreeg  hij,  waar  hij  ook kwam en welke tent hij ook binnenliep, een warm onthaal. De hoogmoedige persoon daarentegen, had tijdens zijn reis te kampen met zoveel problemen dat het niet in woorden te beschrijven is. Hij huiverde steeds van angst en moest altijd bedelen.  Hij  ging  slechte  karaktertrekken  vertonen  en  ondervond veel ellende. Weet,  o  hoogmoedig  ziel!  Jij  bent  die  reiziger.  Deze  wereld is de woestijn. Jouw  zwakheid en armoede zijn eindeloos.  Jouw  vijanden  en  behoeften  zijn  talloos.  Nu  dit  eenmaal  zo  is,  accepteer  dan  de  naam  van  de  Eeuwige  Eigenaar  en  Heerser  van  deze  woestijn,  zodat  je  niet  als  een bedelaar  tegenover  de  hele  schepping  komt  te  staan  en verlost wordt van de angst die de verschillende gebeurtenissen in het leven teweegbrengen. Jazeker, het woord Bismillah is een gezegende schat. Het zorgt  ervoor  dat  jouw  eindeloze  armoede  en  zwakte  de oneindige kracht en barmhartigheid aantrekken en dat jouw zwakte en armoede de meest geaccepteerde bemiddelaars worden  in  de  aanwezigheid  van  de  Barmhartige  Almachtige. Jazeker, degene die in naam van de Barmhartige handelt, is te vergelijken met iemand die zich bij het leger aanmeldt.  Een  soldaat  handelt  namelijk  in  naam  van  de  staat en  zal  voor  niemand  uitwijken.  Hij  zal  zeggen  dat  hij  in naam van de wet, in naam van de staat handelt en zal alles doen (wat hem opgedragen wordt) en alles weerstaan.

In  het  begin  zeiden  we  al  dat  het  hele  bestaan  in  haar daden "Bismillah" uitdrukt. Is dat nu wel zo? Jazeker. Wanneer  je  ziet  dat  één  enkel  persoon  van elders  komt  en  dat

hij  alle  inwoners  van  een  stad  met  dwang  ergens  naartoe stuurt  en  daar  laat  werken,  dan  geloof  je  zeker  dat  deze persoon niet namens zichzelf of op eigen kracht handelt. Hij

lijkt  dan  meer  op  een  soldaat  die  in  naam  van  de  staat handelt en die steunt op de macht van een koning. Zo ook handelt  alles  in  naam  van  God  de  Rechtvaardige.  Kleine

zaadjes en pitjes dragen grote bomen op hun schouders en tillen  gewichten  op  die  net  zo  zwaar  zijn  als  bergen.  Dit betekent dus dat elke boom "Bismillah" zegt. Ze vullen hun

handen met vruchten uit de schatkamer van barmhartigheid en reiken ze ons aan. Elke groentetuin zegt: "Bismillah" en wordt een ketel uit de keuken van Goddelijke kracht, waarin

verschillende,  veelsoortige,  lekkere  gerechten  tegelijkertijd worden  gekookt.  Alle  gezegende  dieren  zoals  koeien,  kamelen,  schapen  en  geiten  zeggen:  "Bismillah",  waardoor hun uiers worden gevuld met barmhartigheid en in kranen veranderen  waar  melk  uitstroomt.  Ze  geven  ons  in  naam van  de  Voorziener  de  zuiverste  en  lekkerste  melk  dat  als levengevend  water  dient.  Elke  plant,  boom  en  struik  zegt: "Bismillah", waardoor hun wortels, die net zo zacht als zijde zijn, hard steen en zand kunnen doorboren. Ze zeggen: "In naam  van  God.  In  naam  van  de  Barmhartige",  waardoor alles zich in hun dienst stelt.

Jazeker, dat takken zich in de lucht uitstrekken en vruchten geven en dat wortels zich met groot gemak in hard steen en in  de  grond  uitstrekken  en  zelfs  onder  de  grond  vruchten

voortbrengen  en  dat  dunne,  groene  bladeren  ondanks  de brandende  hitte,  maanden  lang  groen  blijven  is  voor  de naturalisten    een    harde    klap    in    hun    gezicht.    Deze gebeurtenissen steken een vinger in het blinde oog van de naturalisten  en  zeggen:  "Ook  de  hardheid  en  de  warmte handelen  onder  een  bevel,  waardoor  wortels  zo  zacht  als zijde net zoals de staf van Mozes (vmh) gehoor geven aan het  commando  "Sla  met  je  staf  op  de  rots"  [Qoer'an 2:60]  en  daardoor  de  stenen  doen  splijten. 

geen geluid