Er waren eens twee personen die voor een dergelijke reis de woestijn introkken. Eén van hen was bescheiden, de andere was hoogmoedig. De bescheiden persoon ging op
weg in naam van een leider. De hoogmoedige persoon deed dit niet. De bescheiden persoon reisde overal heen in vrede. Wanneer hij een rover tegenkwam noemde hij de
naam van de stamhoofd in wiens naam hij reisde waarop de rover zich uit de voeten maakte en hem met rust liet. Door het noemen van die naam kreeg hij, waar hij ook kwam en welke tent hij ook binnenliep, een warm onthaal. De hoogmoedige persoon daarentegen, had tijdens zijn reis te kampen met zoveel problemen dat het niet in woorden te beschrijven is. Hij huiverde steeds van angst en moest altijd bedelen. Hij ging slechte karaktertrekken vertonen en ondervond veel ellende. Weet, o hoogmoedig ziel! Jij bent die reiziger. Deze wereld is de woestijn. Jouw zwakheid en armoede zijn eindeloos. Jouw vijanden en behoeften zijn talloos. Nu dit eenmaal zo is, accepteer dan de naam van de Eeuwige Eigenaar en Heerser van deze woestijn, zodat je niet als een bedelaar tegenover de hele schepping komt te staan en verlost wordt van de angst die de verschillende gebeurtenissen in het leven teweegbrengen. Jazeker, het woord Bismillah is een gezegende schat. Het zorgt ervoor dat jouw eindeloze armoede en zwakte de oneindige kracht en barmhartigheid aantrekken en dat jouw zwakte en armoede de meest geaccepteerde bemiddelaars worden in de aanwezigheid van de Barmhartige Almachtige. Jazeker, degene die in naam van de Barmhartige handelt, is te vergelijken met iemand die zich bij het leger aanmeldt. Een soldaat handelt namelijk in naam van de staat en zal voor niemand uitwijken. Hij zal zeggen dat hij in naam van de wet, in naam van de staat handelt en zal alles doen (wat hem opgedragen wordt) en alles weerstaan.
In het begin zeiden we al dat het hele bestaan in haar daden "Bismillah" uitdrukt. Is dat nu wel zo? Jazeker. Wanneer je ziet dat één enkel persoon van elders komt en dat
hij alle inwoners van een stad met dwang ergens naartoe stuurt en daar laat werken, dan geloof je zeker dat deze persoon niet namens zichzelf of op eigen kracht handelt. Hij
lijkt dan meer op een soldaat die in naam van de staat handelt en die steunt op de macht van een koning. Zo ook handelt alles in naam van God de Rechtvaardige. Kleine
zaadjes en pitjes dragen grote bomen op hun schouders en tillen gewichten op die net zo zwaar zijn als bergen. Dit betekent dus dat elke boom "Bismillah" zegt. Ze vullen hun
handen met vruchten uit de schatkamer van barmhartigheid en reiken ze ons aan. Elke groentetuin zegt: "Bismillah" en wordt een ketel uit de keuken van Goddelijke kracht, waarin
verschillende, veelsoortige, lekkere gerechten tegelijkertijd worden gekookt. Alle gezegende dieren zoals koeien, kamelen, schapen en geiten zeggen: "Bismillah", waardoor hun uiers worden gevuld met barmhartigheid en in kranen veranderen waar melk uitstroomt. Ze geven ons in naam van de Voorziener de zuiverste en lekkerste melk dat als levengevend water dient. Elke plant, boom en struik zegt: "Bismillah", waardoor hun wortels, die net zo zacht als zijde zijn, hard steen en zand kunnen doorboren. Ze zeggen: "In naam van God. In naam van de Barmhartige", waardoor alles zich in hun dienst stelt.
Jazeker, dat takken zich in de lucht uitstrekken en vruchten geven en dat wortels zich met groot gemak in hard steen en in de grond uitstrekken en zelfs onder de grond vruchten
voortbrengen en dat dunne, groene bladeren ondanks de brandende hitte, maanden lang groen blijven is voor de naturalisten een harde klap in hun gezicht. Deze gebeurtenissen steken een vinger in het blinde oog van de naturalisten en zeggen: "Ook de hardheid en de warmte handelen onder een bevel, waardoor wortels zo zacht als zijde net zoals de staf van Mozes (vmh) gehoor geven aan het commando "Sla met je staf op de rots" [Qoer'an 2:60] en daardoor de stenen doen splijten.