Het Grootste Teken | Het Grootste Teken | 20
(1-61)

Daarna vergelijkt de reiziger de taken van  de  bergen,  de  woestijnen  en  hun  wijsheden,  met  deze  twee  voorbeelden  en  komt  tot  de  overtuiging  dat  de bergen en woestijnen met hun algemene wijsheden, speciaal voor wat de opslagplaatsen betreft, die met een vooruitziende blik zijn gemaakt, de getuigenis en de verklaring van de éénheid van Allah  zo krachtig als de bergen en zo groot en uitgebreid als de woestijnen, uitdrukken, waarna de reiziger: "Ik geloof in God", zegt.

Om deze betekenis tot uitdrukking te brengen wordt er op de vijfde trede van de eerste uiteenzetting het volgende gezegd:

Daarna, terwijl de reiziger met zijn gedachten in de bergen en de woestijnen aan het rondreizen is, wordt hem in zijn gedachte de deur naar de bomenen plantenwereld geopend. Ze roepen de reiziger naar binnen: "Kom, reis ook in onze wereld rond, bekijk onze taken ook!" De reiziger gaat naar binnen en ziet dat ze een zeer indrukwekkende en sierlijke bijeenkomst houden waarbij ze de éénheid van God meermaals reciteren. Ze vormen een zikirbijeenkomst waarbij ze hun dankbaarheid uitdrukken. De reiziger begreep uit hun gedrag dat alle bomen en de verschillende planten gezamenlijk, tegelijkertijd zeggen. Want de reiziger zag drie grote alles omvattende werkelijkheden die erop wijzen dat alle vruchtdragende bomen en planten met de tongen van hun symmetrische en welbespraakte bladeren, en de bloemen met hun sierlijke en welsprekende woorden, en de vruchten met hun goed geordende en juiste uitspraken de geloofsovertuiging uitspreken.

Er zijn drie werkelijkheden die erop wijzen en die hiervan getuigen.

De eerste werkelijkheid: Het is duidelijk dat elke plant op een heel heldere wijze ordt gevoed, onderhouden en,  afhankelijk  van  de  behoefte,  wordt  voorzien  van  alle  benodigdheden,  waardoor  ze  wordt  aangespoord  tot dankbaarheid. Zo ook is deze werkelijkheid bij alle dingen duidelijk te zien, net zoals het zonlicht tijdens een zonni

ge dag.

De tweede werkelijkheid: Het sorteren en uitzoeken, dat op een zodanig wijze manier gebeurt. Het versieren en vormen met zoveel barmhartigheid, wat bij de ontelbare verschillende soorten te zien is net zoals bij dag het daglicht, bewijst dat dit op geen enkele manier aan toeval kan worden toegeschreven en dat dit niets anders dan

de kunstwerken en variëteiten van een Alwijze Kunstenaar zijn.

De  derde  werkelijkheid:  De  vormen,  die  op  talloze  manieren  in  honderdduizend  van  elkaar  verschillende vormen en gedaanten gestalte aannemen, openen zich en bloeien met de mooiste ordening, schoonheid en afgewogenheid  uit  enkele,  bijna  niet  van  elkaar  te  onderscheiden,  eenvoudige,  zielloze,  gemakkelijk  door  elkaar  te halen zaadjes en pitten tot tweehonderdduizend verschillende, goed geordende, volledig te onderscheiden, afgewogen, levendige gedaanten, vol wijsheid en zonder fouten en gebreken. Dit bewijs, dat nog duidelijker is dan het zonlicht, toont aan dat er net zoveel getuigen zijn die dit bevestigen als het aantal bloemen, vruchten, bladeren en alles wat er zich in de lente bevindt, waarna de reiziger zegt:

Ter uitdrukking van de bovengenoemde feiten en getuigenissen wordt er op de zesde trede van de eerste uiteenzetting het volgende gezegd:

Het plezier en de motivatie van de nieuwsgierige reiziger, die op gedachtereis is, neemt toe met elke trap die hij omhoog gaat. En nadat hij uit de lentetuin een rozenstruik plukt die vol erkenning en geloof zit, wordt er voor zijn verstand, dat de werkelijkheden accepteert en zijn gedachten die van deze feiten op de hoogte is, de deuren van de dierenen vogelwereld geopend. Met honderdduizend verschillende stemmen en met vele soorten tongen wordt hij naar binnen geroepen. "Komt u maar", zeggen ze. De reiziger ging naar binnen en zag dat alle dieren en vogels, alle soorten, rassen en groepen met hun houding en hun stemmen zeiden. Ze veranderen de aarde in een zikir-huis en een grote bijeenkomst waarbij de éénheid van God wordt ereciteerd. Vol barmhartigheid van de Kunstenaar brengen ze allemaal een Goddelijk

lofdicht, een woord ter lofprijzing en een betekenisvolle letter tot uitdrukking. Hiermee tonen ze Zijn kenmerken en prijzen ze Hem lof.

geen geluid