Het Grootste Teken | Het Grootste Teken | 11
(1-61)

HET GROOTSTE TEKEN

Waarnemingen van een reiziger die het heelal naar zijn Schepper bevraagt.

De tweede uiteenzetting is een uitleg van dit fascinerende Qur’an vers. Tevens worden in het Arabisch de bewijzen en tekenen van de Arabische eerste uiteenzetting, die een vertaling en een korte verklaring zijn, aangehaald.

Zoals de Schepper van het heelal in veel verzen met het noemen van de hemel begint, begint ook dit vers met de hemel die altijd door iedereen met bewondering wordt aanschouwd en die door iedereen met volledige enthousiasme wordt bestudeerd. Omdat de hemel, die een wonderbaarlijk symbool van de éénheid is, als eerste wordt genoemd, willen wij als opening ook daarmee beginnen.

Het is zo dat elke bezoeker die in deze wereld, deze herberg, komt en zijn ogen opent, als eerste de mooie aanblik van de hemel ziet, die met een verguld, lichtgevend schrift is geschreven. De bezoeker wordt hierdoor uiterst nieuwsgierig naar de Eigenaar van deze mooie herberg, de Auteur van dit groot en alles omvattende boek, de Koning van dit indrukwekkend koninkrijk en wil Hem leren kennen. De Eigenaar van deze herberg, deze plaats met zijn rijkelijke gastmalen, deze wonderbaarlijke tentoonstelling met zijn adembenemende kunstwerken, deze kazernemet zijn uiterst gedisciplineerd leger, dit uiterst wonderbaarlijk museum dat iedereen verbijsterd doet staan, dezebetekenisvolle bibliotheek met zijn vele wijsheden; de Eigenaar hiervan wordt hem als eerste duidelijk gemaakt door de hemel die zegt: “Kijk naar mij! Degene Die je zoekt zal ik je tonen!”

geen geluid