De eerste werkelijkheid: Dat is de werkelijkheid van het openen (fettahiyyet). Oftewel zijn naam "Opener" duidelijk te maken door eenvoudige, verschillende, veelsoortige materie en goed geordende vormen tegelijkertijd, overal, op hetzelfde moment met één daad te openen.
Zoals de Schepper met Zijn scheppingskracht alle verschillende soorten schepselen in alle tuinen van de wereld, die op bloemen lijken, met Zijn naam "de Opener" elk met een goed passende vorm en een eigen persoonlijkheid opent en geeft, zo ook, maar nog wonderlijker, geeft Hij aan elk van de vierhonderdduizend verschillende levende wezens in deze tuin van de aarde een buitengewoon kunstvolle en wijze, afgewogen vorm, schoonheid en persoonlijkheid. Volgens de uitleg van het vers is het sterkste bewijs van Zijn éénheid, het verbazingwekkendste wonder van Zijn kracht het openen van vormen.
Naar aanleiding hiervan is de werkelijkheid van het openen van vormen herhalend in een aantal verzen in de Risale-i Nur en vooral op de zesde en zevende trede van de tweede uiteenzetting van het eerste hoofdstuk van deze brief bewezen en uitgelegd. Vandaar dat we daarnaar verwijzen en hier alleen maar het volgende zeggen: (opmerking) De tijd heeft aangetoond dat die persoon geen persoon is, maar de Risale-i Nur. Misschien hebben de voorspellers hem in de vorm van een onbelangrijke vertaler en publicist waargenomen, waardoor ze "een persoon" zeiden.
Met de getuigenis van de plantenen dierenwetenschap en met een erg vergaande kennis en onderzoek naar deze werkelijkheid is duidelijk geworden dat in het openen van vormen een zodanige omvattendheid en kunstwerk aanwezig is waardoor niemand anders dan een Enkele Enige in éénheid en een Absoluut Krachtige Die alles in alles kan zien en maken, Eigenaar kan zijn van deze grote en alles omvattende daad. Want voor deze daad van het openen van vormen is het nodig om op elke plaats en op elk tijdstip aanwezig te zijn en met eindeloze kracht, onuitputtelijke wijsheid alles te omvatten en erop te passen. En deze kracht is alleen maar te vinden bij het ene Wezen Dat het hele bestaan bestuurt.
Om bijvoorbeeld zoals de bovengenoemde verzen verkondigden in alle baarmoeders van de moeders in drie duisternissen de vormen van de mensen telkens verschillend, afgewogen, ieder van elkaar verschillend, versierd en goed geordend, zonder ook maar te twijfelen, fouten te maken of ze door elkaar te halen, uit een eenvoudige stof te openen en te scheppen zoals het bij een Opener hoort en deze werkelijkheid van het openen die alle mensen, dieren en planten omvat over de hele aardbodem met dezelfde kracht, dezelfde wijsheid en dezelfde kunst te laten omvatten is het sterkste bewijs van Zijn éénheid. Want iets omvatten is het gevolg van éénheid, er blijft voor anderen geen plaats over. En de negentien werkelijkheden van het eerste hoofdstuk die van Zijn noodzakelijk bestaan getuigen net zoals ze met hun bestaan getuigen van het bestaan van de Schepper, zo ook getuigen ze met hun omvattendheid van Zijn éénheid. De tweede werkelijkheid die deze reiziger op de derde plaats van bestemming zag is de werkelijkheid van de barmhartigheid. Met onze ogen zien we dat er Iemand is Die voor ons het aangezicht van de aarde heeft gevuld met duizenden geschenken van barmhartigheid. Hij heeft van de aardbodem een feest gemaakt, met een tafel die met honderdduizenden verschillende en smakelijke gerechten van Zijn barmhartigheid bedekt is. Hij heeft van de aardbodem een omvattende opslagplaats voor de waardevolle geschenken van Zijn barmhartigheid en wijsheid gemaakt. De aardbodem is hierdoor te vergelijken met een boot of trein, die door zijn jaarlijkse kringloop net een zakenschip is dat elk jaar de mooiste van honderdduizend verschillende soorten benodigdheden voor de mens en zijn leven uit de verborgen wereld aan boord laadt. En elke lente is net een wagon die met onze voedingsmiddelen en kleding is volgeladen en naar ons toe wordt gestuurd. Dat Wezen voedt ons heel barmhartig. En om van al die geschenken en Goddelijke giften te genieten heeft Hij honderden en duizenden lusten, behoeften, gevoelens, en emoties gegeven. Voorzeker, zoals in de vierde lichtbundel, de uiteenzetting van het hasbiyye-vers 10, is uitgelegd en bewezen heeft Hij ons een maag gegeven die van de talloze gerechten geniet.