Het Drieëntwintigste Woord | Het Drieëntwintigste Woord | 15
(1-50)
Jazeker, de mens lijkt op een zaadje. Elk zaadje heeft van de Kracht (van God) belangrijke, spirituele mogelijkheden gekregen en van het Lot een nauwkeurig en waardevol programma. De bedoeling hiervan is dat het uit de grond vanonder die beklemmende wereld komt, de wijde hemelse wereld binnen treedt en met de tong van zijn kunnen de Schepper vraagt om een boom te worden om zo een perfectie te bereiken die bij het zaadje past. Wanneer dit zaadje de spirituele mogelijkheden die hem gegeven zijn gebruikt om gevaarlijke stoffen aan te trekken, zal het in die beklemmende plaats na korte tijd wegrotten. Als dit zaadje zijn spirituele werktuigen volgens het commando van het scheppingsvers “Voorwaar, het is Allah Die de graankorrel en de dadelpit doet ontkiemen…”[6:95] gebruikt en goed benut, zal het uit dat beklemmende wereldje oprijzen en zal het een vruchtdragende grote boom worden en zal zijn kleine omvang en spirituele ziel een grote omvattende vorm aannemen.
Zo ook heeft de mens belangrijke werktuigen van de Kracht en waardevolle programma's van het Lot in bewaring gekregen. Wanneer de mens op deze beklemmende wereld op de grond van het aardse leven zijn spirituele mogelijkheden gebruikt voor de lusten van zijn ego, zal hij als een rottend zaadje omwille van een beetje lusten in dit korte leven, in een beklemmende plaats en in een benauwde toestand uitdoven en vergaan. Hij zal de spirituele verantwoordelijkheid op de schouders van zijn ongelukkige ziel leggen en zo deze wereld verlaten.
Wanneer dit begaafde zaadje met het water van de Islam, het licht van het geloof en in de grond van Godsdienstoefeningen wordt gevoed, een voorbeeld neemt aan de geboden van de Qur’an en zijn spirituele mogelijkheden voor de oorspronkelijke doeleinden gebruikt, zal het een gedaante aannemen dat alles heeft voor een eeuwige boom en een eeuwige werkelijkheid. Het zal een mooie voorziening, een verlichte en gezegende vrucht van deze wereldboom worden en het zal zich in deze wereld en in de tussenwereld vertakken en de oorzaak zijn voor perfecties en gunsten in het hiernamaals en in het paradijs.
Jazeker, echte vooruitgang bereikt de mens door het gezicht van zijn hart, de verborgen gedachten in zijn hart, ziel en verstand, zelfs zijn gedachten en andere zintuigen op het eeuwige leven te richten en ieder zintuig bezig te laten zijn met een eigen, bij deze zintuig passende Godsdienstoefening.
Want wat de dwalenden denken dat vooruitgang is, –alles doen wat in dit aardse leven mogelijk is en alle soorten plezier en genot, zelfs het laagste dat er is, te willen ervaren en zijn hart, verstand en al zijn eigenschappen te onderwerpen aan zijn ego dat alles wil wat slecht is– is geen vooruitgang maar een verval.
Deze werkelijkheid heb ik in mijn gedachten waargenomen. Het voorbeeld is als volgt.
Zo ook heeft de mens belangrijke werktuigen van de Kracht en waardevolle programma's van het Lot in bewaring gekregen. Wanneer de mens op deze beklemmende wereld op de grond van het aardse leven zijn spirituele mogelijkheden gebruikt voor de lusten van zijn ego, zal hij als een rottend zaadje omwille van een beetje lusten in dit korte leven, in een beklemmende plaats en in een benauwde toestand uitdoven en vergaan. Hij zal de spirituele verantwoordelijkheid op de schouders van zijn ongelukkige ziel leggen en zo deze wereld verlaten.
Wanneer dit begaafde zaadje met het water van de Islam, het licht van het geloof en in de grond van Godsdienstoefeningen wordt gevoed, een voorbeeld neemt aan de geboden van de Qur’an en zijn spirituele mogelijkheden voor de oorspronkelijke doeleinden gebruikt, zal het een gedaante aannemen dat alles heeft voor een eeuwige boom en een eeuwige werkelijkheid. Het zal een mooie voorziening, een verlichte en gezegende vrucht van deze wereldboom worden en het zal zich in deze wereld en in de tussenwereld vertakken en de oorzaak zijn voor perfecties en gunsten in het hiernamaals en in het paradijs.
Jazeker, echte vooruitgang bereikt de mens door het gezicht van zijn hart, de verborgen gedachten in zijn hart, ziel en verstand, zelfs zijn gedachten en andere zintuigen op het eeuwige leven te richten en ieder zintuig bezig te laten zijn met een eigen, bij deze zintuig passende Godsdienstoefening.
Want wat de dwalenden denken dat vooruitgang is, –alles doen wat in dit aardse leven mogelijk is en alle soorten plezier en genot, zelfs het laagste dat er is, te willen ervaren en zijn hart, verstand en al zijn eigenschappen te onderwerpen aan zijn ego dat alles wil wat slecht is– is geen vooruitgang maar een verval.
Deze werkelijkheid heb ik in mijn gedachten waargenomen. Het voorbeeld is als volgt.
geen geluid