De Versluiering Het vasten | De Versluiering Het vasten | 25
(1-50)

Zo ziet hij in hoeveel behoefte hij heeft aan mededogen en liefde. Zijn ego zal afstand nemen van de ingebeelde onsterfelijkheid en hijzelf zal een sterk gevoel krijgen om zich in absolute machteloosheid en behoeftigheid te richten naar de troon Gods. Hij zal zichzelf voorbereiden  om  met  de  spirituele  hand  van  dankbaarheid  op  de  deur  van  barmhartigheid  te kloppen. Mits onachtzaamheid zijn hart niet heeft bedorven?

 Het Zesde Punt: Eén van de vele wijsheden van het vasten in de gezegende maand amadan, met betrekking tot het neerdalen en het moment van neerdaling van de Alwijze Qur'an, is als volgt: De Alwijze Qur'an is nu eenmaal  in  de  gezegende  maand  Ramadan  neergedaald.  Om  zich  voor  te  bereiden  op  het moment waarop de Qur'an is eergedaald en om die hemelse toespraak op een mooie manier te verwelkomen,   maakt   men   zich   in   de   gezegende   Ramadan   los   van   de   lage   behoeftes   en etekenisloze   situaties;   onthoudt   men   zich   van   eten   en   drinken   en   beleeft   men   zo   een engelachtige  situatie;  leest  en  luistert  men  naar  die  Qur'an  op  een  manier  alsof  die  pas  wordt neergedaald; luistert men naar de goddelijke toespraak alsof men zich bevindt op het moment dat deze   wordt   neergedaald   en   luistert   men   naar   die   toespraak   alsof   men   het   hoort   van   de Gezegende  Profeet  (vzmh),  de  Verheven  Gabriël  of  zelfs  van  de  Almachtige  God.  Men  bereikt hierdoor een toestand waarin men verrijkt wordt met een heilige situatie. Door zo de Qur'an uit te leggen,  laat  hij  anderen  ernaar  luisteren  en  toont  zo  een  fractie  van  de  wijsheid  voor  het neerzenden van de Qur'an.

Jazeker, in de Ramadan is het alsof de hele islamitsche wereld verandert in één gebedsruimte. Een gebedruimte waar miljoenen Hafı   8z   uit alle hoeken van die grote gebedsruimte de Qur´an, de hemelse toespraak, aan de aardbewoners laten horen. Elke Ramadan laten ze de vers: "De maand Ramadan is het waarin de Qur'an is neergezonden..."[2:185] op een verlichtende, stralende manier zien. Ze bewijzen zo dat de maand Ramadan de maand van de Qur'an is. Sommige groepen van die grote gemeenschap, en zelfs enkele personen op een nobele manier, luisteren naar die Hafız. De andere groepen lezen zelf. Hoe laag is het wel niet en hoeveel spirituele afkeer roep je bij de gemeenschap van die gebedsruimte wel niet op door in een dergelijke heilige gebedsruimte de begeerte van het  lage  ego  te  volgen,  te  eten  en  te  drinken  en  zo  uit  deze  verlichtende  situatie  te  stappen.  Zo  ook  zullen degenen, die in de gezegende Ramadan in tegenstrijd handelen met de vastenden, vanuit de hele islamitische wereld spirituele afkeer en beledigingen over zich heen roepen.

geen geluid